dinsdag 27 september 2016

Schuld

Een leeservaring

Over de nieuwe roman van Walter van den Berg

Ik begon aan Schuld van Walter van den Berg in de trein naar Tilburg, gisteren, omdat ik daar een gastcollege zou geven. Ik ging erin verder op de terugweg, maar we moesten eruit in Geldermalsen omdat er ’technisch onderzoek’ aan het spoor was (de eerste keer dat ik dat als reden hoorde, en ik kon me er weinig bij voorstellen), dus toen las ik op het perron. Ik zat op een rijtje stenen terwijl ik wachtte op de eerste trein die wel naar Utrecht mocht.

De dag had iets grauws, al was hij dat niet, want op Instagram plaatsten mensen nog steeds foto’s met de hashtag #indiansummer erbij. Dat grauwe zat misschien in de mensen om me heen, alles kwam licht dreigend op me over, onsympathiek en hard en scherp. Misschien zat het in het nieuws als ik de krant pakte, met schietpartijen en bombardementen en Donald Trump. Misschien was het gewoon maandag.

Maar het lag ook aan dat boek. Het gaat over Ron, een ne’er-do-well die net uit de bak is, en de mensen om hen heen: zijn broer Cor, zijn zoon Kevin, Mo, bij wie Ron een schuld heeft lopen, en Sandra, bij wie hij eens het plaatsen van een nieuwe keuken verklootte.

Een paar jaar geleden las ik Van dode mannen win je niet, zijn vorige. Ik houd wel van Van den Bergs stijl. Er staat geen zin te veel in. In dialogen kaatsen de korte zinnetjes heen en weer (zonder aanhalingstekens, altijd knap als een schrijver die niet nodig heeft), waarmee de mensen in het slechte Amsterdamse milieu dat hij beschrijft hortend en stotend tot elkaar proberen door te dringen. Dat lukt zelden, want Van den Berg schrijft nu eenmaal niet over mensen die elkaar hartstikke goed begrijpen.

Het hele boek lang ligt de dreiging dat al die miscommunicatie gevolgen moet hebben, op de loer. Misschien dat ik het daarom dus om me heen merkte, daar op dat perron van Geldermalsen, terwijl het technisch onderzoek nog liep.