De finale is in alle beknopte eenvoud fenomenaal
Een roman over de illusie dat je je eigen leven onder controle hebt
Toen hij met Sara was, had de dertigjarige Boris weinig last van zijn dwangstoornis. Maar als zij de relatie op een maandagochtend verbreekt, gaat het bergafwaarts. Hij kan niet anders dan twee straten verderop bij zijn alleenstaande vader aanbellen – een stugge weduwnaar die zijn zoon wel wil helpen, maar dat kan alleen als ze beiden hun grootste zwaktes toegeven. Tijdens een gezamenlijke trip naar Praag komen de verhoudingen op scherp te staan.
Over het boek
Ik tekende eind 2010 in één keer voor twee boeken bij uitgeverij De Arbeiderspers. Voor mijn debuut, Een uur en achttien minuten, dat een klein jaar later verscheen. En voor een tweede boek, waar ik nog niets voor had, behalve een uit de lucht gegrepen werktitel: Misschien op zolder.
Dat had ik misschien beter niet kunnen doen. Het schrijfproces voor mijn tweede roman verliep lange tijd moeizaam en ik denk dat dat mede kwam doordat ik het contract ervoor al binnen had. Er was minder aansporing om met het werk zelf dusdanig te overtuigen dat een uitgeverij zou zeggen: dít willen we hebben. Er kwam pas meer schot in de zaak toen ik in november 2013 een maand vrij nam om de tweede helft van het boek te schrijven.
De eerste maandag van de maand kreeg, zoals ze dat zeggen, mixed reviews. Het werd goed en minder goed besproken. Het is ook mijn minst goed verkopende roman; er zijn er een kleine duizend van verkocht, volgens mij.
⊗
Ondertussen keek ik naar het bronzen naambordje naast de bel. Nico Sonette. Ik telde de letters.
‘Hoi pap,’ zei ik toen hij opendeed. Ik knikte schuin omlaag. Ik heb een tas bij me.
‘Boris. Ik zie het,’ zei hij, met zijn altijd rustige stem.
Hij stapte achteruit om ruimte voor me te maken. Ik liep naar binnen, de woonkamer in, die er nog altijd uitzag als de woonkamer waarin ik opgegroeid was. De VARA-gids in het vakje onder de televisie, de afstandsbedieningen erop. De twee banken van gebroken wit, haaks op elkaar. De stereo in de hoek, naast de oude, bruinleren stoel waar nooit iemand in zat. Elk meubelstuk stond erbij alsof het met een liniaal neergezet was.
Hier liep de melk nooit over, was de koffie nooit te sterk, de suiker nooit op, het vlees nooit aangebrand, de vuilnisbak nooit vol.
Mijn vader was een man zonder klein leed.
13
Zwijgen was een thema in Een uur en achttien minuten, zwijgen is een thema hier. […] De finale is in alle eenvoud fenomenaal. (pdf)
Zantingh weet emoties mooi in taal te vangen. (pdf)
Juist de beschrijving van de eerste scène zit vol kleine aanwijzingen over het geheim dat zowel vader als zoon hun hele leven meedragen. [Een] mooi gestructureerde puzzel.
Het ontroerende einde van het boek thematiseert de vaderliefde op een subtiele maar prachtige wijze.
We geraken tot de slotsom dat De eerste maandag van de maand al met al een tobberig geval is.
Twee zwijgzame personages lijken meer op elkaar dan ze zelf beseffen. […] Ik was opnieuw tot tranen toe geroerd.
Peter Zantingh schrijft mooi, met af en toe wat levenswijsheden die erg herkenbaar zijn.
Zantingh verdiept zich in helder verwoorde scènes in de belevingswereld van zowel de zieke Boris als de vader.
Playlist
Bestellen
De eerste maandag van de maand is inmiddels bijna tien jaar oud en niet meer overal te koop (hoewel er hier en daar nog wel tweedehands exemplaren te vinden zijn). Zelf heb ik nog wel wat exemplaren liggen. Bestel het boek bij mij via e-mail, dan neem ik snel contact met je op.