You gotta be on somebody’s books
Je kon nooit voorspellen wanneer hij het zou doen. Onder het eten, bij de afwas, terwijl hij de trap opliep, achter zijn computer. Mijn vader had het nummer, die eerste zin, blijkbaar altijd in zijn hoofd. Af en toe kwam het er plotseling uit. Dan kwam ik de douche uit en hoorde ik beneden, in de woonkamer, achter de deur, die paar woorden. Uitbundig, alsof ze tegen de muren opsprongen. ‘Gotta beeee a record of you some place’. Meer kwam er meestal niet, het bleef bij die eerste zin, die je weer even deed herinneren dat je hier thuis was.