9 augustus 2015

Mok

Een herinnering

Over een ontvreemding

Bijna vijf maanden is het nu geleden dat er een mok uit ons huis verdween.

Op die vrijdag, 13 maart 2015, belden twee mannen rond half tien ’s ochtends aan om een houten vloer te komen leggen. Ze stelden zich voor als Hassan en Jan. Terwijl zij de planken naar boven droegen, zette ik koffie. In de vensterbank zette ik een kan klaar, samen met twee mokken, melk en suiker. Hassan zei daarna dat ze eerst nog even buiten gingen staan. Jan haalde met zijn wijs- en middelvinger een denkbeeldige sigaret naar zijn mond, en zei: de verslaving.

Het leggen van de vloer ging snel. Ik zat een verdieping hoger en schreef aan een verhaal over Bruce Springsteen. Af en toe ging ik kijken en dan lagen er weer meer planken dan de keer ervoor. Nog voor de lunch was het werk gedaan. Hassan gaf me een bon op doordrukpapier en ze vertrokken weer. Dat moet rond half één zijn geweest.

De kan was er nog, een koud bodempje was overgebleven. De melk en suiker ruimte ik weer op. Een van de mokken stond nu aan de andere kant van de kamer. De andere mok was weg.

Het was een mok van de Flying Tiger. Gemiddelde hoogte. Wit, met een zwarte ruit erop, en één oor. Hassan en Jan zijn hoofdverdachten; ze hadden volop gelegenheid en vermoedelijk geen alibi. Een motief ontbreekt. De zaak zit nog altijd muurvast.