Honderd keer honderd

In de laatste honderd dagen van 2010 (van 23 september tot 31 december) publiceerde ik elke dag een stukje van precies honderd woorden over een dierbaar album. Het doel was niet te vertellen waarom een album goed is, maar waarom het voor mij persoonlijk een bijzonder album is. Dat werd soms een jeugdherinnering, soms een anekdote, soms de beschrijving van een specifiek gevoel – en vaak iets tussen die dingen in.

Uitgeverij De Arbeiderspers maakte er in 2011 een e-book van. Dat kun je hier downloaden. De Spotify-playlist vind je hier.

William Fitzsimmons – Goodnight

album-goodnight-fullLast night we watched our favorite tv shows
you packed my lunch for wednesday’s shift
I laid out my clothes

Wanneer ze daar zo staat, half twijfelend voor de koelkast, moet ik een beetje lachen. ‘Ik heb zin in iets, maar weet niet wat’, zegt ze. Vrouwen, denk ik dan, maar ik zeg niets. Ik wacht tot het reclameblok afgelopen is en Friends is begonnen. Ik roep dat het die aflevering met Joey’s vader is en ze weet meteen welke ik bedoel. Ze loopt naar me toe zonder iets lekkers te hebben gekozen, zoals dat meestal gaat. Zo zitten we tussen de minuten van de avond en de grapjes van de televisie. ‘Burgerlijk hè?’, zegt ze, en ze lacht.

The Beatles – Love

LoveLove, love, love
Love, love, love
Love, love, love

Misschien wel het allermooiste aan Love vind ik de laatste paar seconden. ‘All You Need Is Love’ is afgelopen, het laatste nummer van een hernieuwd, prachtig geweven album. ‘Sgt. Peppers Lonely Hearts Club Band’ en ‘Yesterday’ komen in de outro nog even om de hoek kijken. En dan vier stemmen. Vier jongetjes die samen de grootste band ooit vormden. Ik zie ze staan in de grauwe straten van Liverpool, de korte kopjes uit begin jaren zestig. This is Johnny Rhythm just saying goodnight to yous all, and God bless yous. Alles is zwart-wit en vier jongens maken grapjes. Meer niet.

K’s Choice – Cocoon Crash

1280x1280Bravely I look further than I see
Knowing things I know I cannot be, not now
I’m so aware of where I am
But I don’t know where that is

Frans had ik meestal aan het eind van de dag, na de grote pauze, in een uithoek van het schoolgebouw. Vier lokalen bij elkaar, waarin alleen dat vak gegeven werd. Mijn leraar zat altijd strak tegen zijn bureau geklemd, met zijn handen op zijn schoot. Hij had een sterk Frans accent. Waarom heb jij je woordjes niet geleerd, Petèèèr? Op een van die middagen haalde een klasgenoot een cd uit zijn tas en gaf hem aan een vriend. K’s Choice, zag ik. Zei me erg weinig. Misschien was dat de eerste keer dat ik realiseerde dat je muziek kunt weggeven.

Coldplay – A Rush Of Blood To The Head

A_Rush_of_Blood_to_the_HeadI was just guessing
At numbers and figures
Pulling the puzzles apart

We keken op de Neude door de ruiten van het huisje. Er stonden deejays achter, nonchalant, met een koptelefoon om hun nek. Wij doken aan de andere kant van het glas nog wat dieper in onze winterjas en pakten onze portemonnee. Twintig euro legden we bij elkaar, voor ‘The Scientist’ van Coldplay. Met trillende handen schreef een van ons er een briefje bij. Voor een vriendin die ziek was, of ze dat erbij wilden zeggen wanneer het liedje gedraaid werd. Toen liepen we naar de bus. ‘The Scientist’ heb ik niet gehoord en ook niet of ons briefje voorgelezen is.

De Dijk – Zevende Hemel

1000004001228239Kom toch vrienden
Drinken
Pak een stoel en schuif aan
Neem de draad op van de oeroude verhalen

Op verjaardagen en andere feestjes, laat op de avond, worden onze verhalen weer opgerakeld. De verhalen van een groep jongens die elkaar al meer dan tien jaar kent. Ze liggen in ons midden te rijpen totdat ze weer even komen bovendrijven. Over die keer in Zeeland, die lange busreis naar Spanje, dat gewonnen voetbaltoernooi op Texel. Ze komen langs wanneer alle andere visite al naar huis is. Alleen onze jassen hangen nog aan de kapstok en alleen op onze zadels verzamelt alvast de dauw van de vroege morgen. Het verhaal wordt altijd weer iets sterker verteld dan de vorige keer.

The Decemberists – Picaresque

picaresqueThere’s my coach he’s looking down
The disappointment in his knitted brow
“I should’ve known,” he thinks again
“I never should have put him in”

Plotseling is het sportpark weer bij me. In mijn hoofd rij ik ernaartoe, over de brede asfaltweg met de verkeersdrempels, langs het water en de bomen. Met een sportdag waren hier alle kinderen van alle omliggende scholen. Er was ook een heel leger aan moeders bij, om spelletjes uit te leggen en teams te begeleiden. Maar meestal fietsten we erheen voor een normale gymles. We kleedden ons om in de kille kleedkamers. Daarna liepen we de coopertest, gooiden met speren of stootten met kogels. Voetballen deden we zelden, terwijl ik dat het liefst deed. Wel softbal, iedere week weer softbal.

Dire Straits – Love Over Gold

DslogrMy radio says tonight it’s gonna freeze
People driving home from the factories
Six lanes of traffic
Three lanes moving slow

In een van de laden van het bureau dat op mijn oude slaapkamer staat, het bureau dat mijn vader bouwde van hout en overgebleven laminaat, ligt een blaadje met een tekst. Dat blaadje is uit een map gescheurd, alle gaatjes aan de linkerkant zijn kapot. Het ligt onder rapporten van de middelbare school, oude pasfoto’s en Panini-voetbalplaatjes. Op dat blaadje staat de vertaling die ik eens maakte van de tekst van ‘Telegraph Road’. Ik luisterde nauwlettend en spoelde talloze keren terug om moeilijke zinnen nogmaals te horen. Het was winter. Op de radio zeggen ze dat het vannacht gaat vriezen.

The Beach Boys – Pet Sounds

petsounds2501God only knows
What I’d be without you
God only knows
What I’d be without you

De film was al afgelopen, maar ik bleef nog even zitten. Zij stond al op. ‘Wacht nog even’, zei ik. Ze zette de lege beker popcorn voor haar op de vloer van de bioscoop. Witte letters dreven over het zwarte scherm, van onder naar boven. Acteurs, regisseur, assistenten, veel dank aan. Toen de muziek. Geconcentreerd keek ik naar de artiesten en titels waarvan ik tijdens de film muziek had gehoord, mijn ogen van links naar rechts, op zoek naar wat ik wilde weten. Daar stond het. Zo heette het. Ik ging naar huis met een hemels liedje onder mijn snelbinders.

Johnny Cash – American IV: The Man Comes Around

AmericanIVWhat have I become
My sweetest friend
Everyone I know
Goes away in the end

Ik weet niet meer waar ik was toen ik hoorde dat Johnny Cash dood was. Had ik dat nog moeten weten? Misschien wel. Cash was de eerste artiest waar ik iets ‘officieels’ van had. Een cassettebandje. Af en toe duwde ik het achter het klepje en dan ruzieden mijn zusje en ik tijdens ‘Ring Of Fire’ of hij nu ring-o-baye of ring-o-mayo zong. De echte bewondering kwam pas na zijn dood, toen ik hoorde wat hij in zijn laatste jaren gemaakt had. Nummers ontdaan van alle opsmuk. De schoonheid van een donkere, verlaten straat aan het eind van de herfst.

Elbow – Leaders Of The Free World

homepage_large.4ae6ed04You’ve gone
Gone and made
A beautiful hole in my heart

Op Utrecht Centraal liep ik door de stationshal, de roltrap af, langs jassen en vertrektijden en stukken weggewaaide krant. Richting mijn bus, bus acht, die al stond te wachten. De chauffeur wachtte tot ik binnen was, deed toen de deur achter me dicht, gaf me een knikje, wachtte tot ik ging zitten en reed weg. Ondertussen luisterde ik naar Elbow, naar ‘My Very Best’. Dat deed ik veel in die periode, want dat liedje vertelde dat het weer in orde zou komen. En dat deed het ook. Ze liet een klein gaatje in mijn hart achter, maar een mooi gaatje.

Playlist