The disappointment in his knitted brow
“I should’ve known,” he thinks again
“I never should have put him in”
Plotseling is het sportpark weer bij me. In mijn hoofd rij ik ernaartoe, over de brede asfaltweg met de verkeersdrempels, langs het water en de bomen. Met een sportdag waren hier alle kinderen van alle omliggende scholen. Er was ook een heel leger aan moeders bij, om spelletjes uit te leggen en teams te begeleiden. Maar meestal fietsten we erheen voor een normale gymles. We kleedden ons om in de kille kleedkamers. Daarna liepen we de coopertest, gooiden met speren of stootten met kogels. Voetballen deden we zelden, terwijl ik dat het liefst deed. Wel softbal, iedere week weer softbal.